Maar wanneer en waar krijg je daar de ruimte voor? Hoe lukt je dat: loslaten wat niet meer bij je past, wat eigenlijk niet bij je hoort. Loslaten doet zeer.

Toen de ziekte van Loed Loosen, kanker, zo ver gevorderd was, dat het eind van zijn leven in zicht kwam vertelde hij me:

In Deventer (hij heeft daar 12 jaar gewoond) staat er een huis aan de kade en daar staat een naam op: ‘Linquenda’. (Dat is Latijn. En het betekent: wat we achter moeten laten.)

Linquenda - zei hij - : dat begrijp ik nu pas goed. Alles moet je achter laten - hij zei het niet bitter, maar sereen- zo is het nu eenmaal en het is goed zo.

En, zei hij, met een mengeling van realisme, humor en geloof: De Heilige Geest blijft in de buurt - vraag me niet hoe - maar daar vertrouw ik op.

De Heilige Geest blijft in de buurt…

Loslaten en toch blijven vertrouwen. Je gedragen weten. Een levenskunst.

 

Ik citeer Loed nog een keer:

‘Als er niet zo ontzettend veel mensen waren geweest die mij hun vertrouwen hebben gegeven en mij trouw zijn gebleven dan had ik het niet gered.’

We hebben elkaar nodig. Daarover denken we vandaag na. Vanuit de vraag: hoe blijf ik temidden van het vele dat op ons afkomt in de buurt van wat mij innerlijk inspireert en kracht geeft om vol te houden en door te gaan? Zodat we ons niet laten verlammen en moedeloos laten maken door wat tegenvalt. Ook in de Kerk. En hoe kan ik dat met anderen delen? En hoe geef je dat door? Ik kom daar straks op terug.

Even terug naar dat Linguenda. Loslaten.

• Abraham ga op reis. Laat alles achter en ga op reis, naar het land dat ik je wijs, een onbekende toekomst tegemoet. Daar is lef voor nodig. Om alles los te laten.

• Het Joodse volk dat wegtrekt uit slavenland Egypte en de woestijn door moest, zonder vastigheid, zonder de gegarandeerde vleespotten die zij in Egypte hadden. Maar ze wilden vrij zijn en niet geknecht, ze trokken weg uit wat niet bij hen hoorde. Een penibele tocht.  

Die hebben dat dus ook meegemaakt…

 

Weet u, dat loslaten kan je duizelig maken.

Als wat je meemaakt bij kerk en geloof je teleurstelt, als je je er niet meer bij thuisvoelt, dan raak je in een soort vrije val.

 

Een vrije val.

Weet u wat dat is?

de spanning totdat de parachute opengaat.
de angst: stel je voor dat…
als je geen grond meer onder de voeten hebt

vrije val

als je alle zekerheden loslaat
als je al tastend of al maaiend met je armen
niet weet waar je het zoeken moet

Weet u hoe een adelaarsjong leert vliegen?
Dan neemt de adelaar het jong mee hoog, hoog in de lucht
en dan laat hij het jong vallen. In de ruimte.

En ofwel de kleine vogel slaat zijn vleugels uit, beseft: ik moet vliegen,
ik kan het, ik doe het, en het gáát …!!

ofwel de kleine vogel raakt in paniek, verliest zich in de ruimte en valt als een baksteen naar beneden, maar dàn duikt de grote adelaar onder het jong, en vangt hem op, op zijn vleugels, neemt hem weer mee hoog in de lucht en gooit hem weer op, tot hij vliegen kan, op eigen kracht.

Want daar gaat het om: dat je kunt vliegen op eigen kracht.

Je hebt het idee dat je alles hebt losgelaten en toch… besef je wat er staat in dat lied:  

Die mij droeg op adelaarsvleugels
die mij hebt geworpen in de ruimte
en als ik krijsend viel mij ondervangen
met uw wieken en weer opgegooid
totdat ik vliegen kon
op eigen kracht.

 

Luistert u naar dit lied, u mag het ook meezingen. En denkt u nog even aan dat zinnetje: de Heilige Geest blijft in de buurt, daar vertrouw ik op.